In de relatie, uit de relatie
Angst voor de liefde uit zich vaak in relatieproblemen: verliefd worden op iemand die al een relatie heeft en dus niet beschikbaar is, geen intimiteit aan kunnen gaan of in een relatie niet de intimiteit ervaren die je nodig hebt. Allemaal tekenen dat er sprake is van liefdesangst. Met twee mogelijke onderliggende oorzaken: verlatingsangst of bindingsangst. Twee tegenpolen die elkaar aan lijken te trekken.
Bang om alleen te zijn
Iemand met verlatingsangst, is bang zijn geliefde te verliezen. Daardoor zoekt hij of zij de ander steeds op, is steeds op de ander gericht en zoekt constant naar bevestiging. De verlatingsangst geeft het gevoel de ander nodig te hebben, aan de ander te willen vastklampen. Dat gaat zo ver dat dat gedrag doorgaat, ook als de ander helemaal niet liefdevol reageert, als die helemaal niet respectvol met zijn of haar geliefde omgaat.
Bang om gebonden te zijn
Iemand met bindingsangst doet precies het tegenovergestelde: bang om vast te komen zitten in een relatie, bang om werkelijk voor de ander te kiezen. Daardoor heeft diegene de neiging zich terug te trekken, altijd een beetje afstand tussen zichzelf en de partner te houden en elke vervelende karaktertrek te gebruiken als excuus om die afstand te kunnen rechtvaardigen. Maar bij beiden zit diep van binnen dezelfde angst: bang om alleen te zijn, bang om gekwetst te worden.
Symptomen van een wond
Zowel bindingsangst als verlatingsangst heeft meestal een oorsprong in verlating als kind. Dat kan letterlijke verlating zijn, zoals bij couveusebaby’s die de warmte van hun moeder weinig voelden in hun eerste dagen, maar ook emotionele verlating. Kinderen van ouders met oorlogstrauma’s kunnen bijvoorbeeld zo voor het getraumatiseerde kind in de ouder zorgen, dat ze geen kind kunnen zijn. Ze worden geclaimd doordat de ouders bang zijn meer familieleden te verliezen. Die angst kan op het kind overgebracht worden, maar leidt er ook toe dat het kind niet volledig zelfstandig kan opgroeien en niet de vrijheid heeft de eigen weg te kiezen.
Jij gaat voor, lieve papa!
Kinderen passen zich aan hun ouders aan, waardoor ze soms vast kunnen komen te zitten tussen hun eigen behoefte en de behoefte van de ouders, die kinderen te veel claimen. Kinderen stellen vaak geen grenzen, ze blijven alles doen om de liefde van de ouders te voelen. Ze leren niet op zichzelf te staan, maar zijn afhankelijk van de liefde en warmte van de ander. De warmte en liefde die ze bij hun ouders niet vonden.
Lees het boek ‘Liefdesbang’ van Hannah Cuppen